Veilig genoeg om gek te doen.
20 October 2020
Als kind speelde ik graag. En zoals het veel kinderen vergaat komt er een moment waarop je je realiseert dat men naar je kijkt. Je spel kan niet meer zo onbevangen zijn als daarvoor.
Ik heb geen strenge opvoeding gehad, maar we hadden wel regels. "Doe maar gewoon dan doe je gek genoeg" en zo. Of "nu moet je stil zitten" en "pas maar op, hoge bomen vangen veel wind". Met alle goede bedoelingen om van mij een verstandige volwassene te maken heeft het ook iets weggestopt. Voor een groot deel was dat het lef om ergens voor te gaan.
Na het vroege overlijden van mijn vader ben ik onbewust mijn best gaan doen om 'gewoon' te doen. Me aanpassen werd ongemerkt een gewoonte. Meedoen aan een toneelstuk op de middelbare school? Mijn hart ging er sneller van slaan, ik werd ook uitgekozen, maar heb van het begin tot het eind die spanning gevoeld van me ook moeten gedragen (mijn personage was best een naar mens, wat me niet hielp).
Het was niet streng, er waren wel regels, en er werd eigenlijk niet echt over gepraat. Hoe doe je de dingen? Hoe ga je om met situaties die ongemakkelijk zijn? Hoe breek je uit je onzekerheid? Ik had geen idee. En mijn moeder denk ik ook niet. Later zei ze dat wel: "ik deed maar wat" en dat heeft voor een heel groot gedeelte ook goed gewerkt, kon ik haar verzekeren.
In de veilige thuisomgeving durfde ik veel meer. Zingen, dansen, gek doen, brutaal zijn. Uitproberen hoe lang ik het kon rekken voor ik naar bed moest. Uitproberen hoe ik minder leuke klusjes kon ontlopen.
Mooi he?
Plaats een opmerking